Maarts viooltje, een heerlijke geur in de lente

 

Een van mijn lievelingsplanten is het Maarts viooltje (Viola odorata). Dat komt omdat ik erg van het voorjaar hou en dit plantje een echte lentebode is. De naam zegt het al, maart, hoewel in een zachte winter dit ook een januari’s viooltje zou kunnen heten. Ik heb hem zelfs al eens vóór de kerst zien bloeien.
Maar wat hem zo leuk maakt, is de verrassend lekkere geur. Je verwacht zoiets niet bij zo’n eenvoudig klein bloempje. Het Latijnse ‘odorata’ betekent ‘welriekend’. Ik kan er nooit genoeg van krijgen de geur op te snuiven. Dat heeft waarschijnlijk ook te maken met het feit dat de geur niet lang blijft hangen in je neus. Je moet telkens opnieuw ruiken. Het Maarts viooltje bevat een stof die de geurreceptoren in je neus voor korte tijd verdooft.

Maarts viooltje komt vrij algemeen voor in Zoetermeer, maar omdat het een klein plantje is moet je er toch een beetje naar zoeken. Kijk onder de heg, en in boomgroepen. Hij houdt van schaduw maar dat moet je ook weer niet overdrijven. Buiten de bloeitijd valt hij eigenlijk niet erg op, en wordt het ook moeilijk om hem te determineren. Zo haalde ik jaren geleden Maartse viooltjes mijn tuin in. Helaas bleken het, toen ik wat meer leerde over blauwe viooltjes, Bleeksporige bosviooltjes te zijn. Zónder die lekkere geur. Nu weet ik dat je op de kelkbladeren moet letten, en op de spoor. Je moet eigenlijk de achterkant van de bloemetje bekijken dus.

De bloem: stompe kelkbladeren en rechte spoor.

Al sinds vele eeuwen wordt het Maarts viooltje geroemd om zijn verleidelijke geur. En het is ook al lang bekend als geneeskrachtig plantje, evenals het Driekleurig viooltje. Viooltjes doen het vooral goed bij huidproblemen.
Je kunt de bloemetjes ook eten, in de sla bijvoorbeeld. Of, eventueel versuikerd, op een dessert. Ik zou dat zelf alleen doen als het plantje een plaag is geworden in je tuin. Voorlopig is het bij mij nog niet zover.