Klein hoefblad – een van de weinige naaktbloeiers

Klein hoefblad is samen met Speenkruid en van de eerste gele composieten die in het vroege voorjaar in bloei staan. Speenkruid heeft daarbij de neiging zich als bodembedekker te ontwikkelen. Grote tapijten bladeren van het Speenkruid kleuren de vroege winter- en voorjaarsbodem groen en in februari/maart is er een explosie van de felgele bloempjes. Het plantje behoort tot de ranonkelfamilie en is dus verwant aan de boterbloem.

Min of meer tegelijkertijd verschijnen de helgele bloemetjes van het Klein hoefblad. Bij deze plant is er absoluut geen sprake van bodembedekkend gedrag. Klein hoefblad behoort tot de naaktbloeiers. Planten waarvan eerst de bloemen verschijnen en in een later stadium pas de bladeren. Samen met Herfststijlloos en Groot hoefblad vormt het onder de kruidachtige planten een categorie waarvan de bloemen en bladeren gescheiden verschijnen. Bij de sporenplanten zie je hetzelfde verschijnsel bij Heermoes. Eerst verschijnen daar de sporenaren en daarna pas het blad.

De bladeren van Klein hoefblad verschijnen pas na de bloeiperiode

De stelen van Klein hoefblad zijn ook het bekijken waard. Er is geen sprake van bladeren aan de bloeistengel maar van een soort schubben.

In de bloeifase ontbreken de bladeren van Klein hoefblad. Het is een naaktbloeier. De bloemstengels zijn bezet met schubben

De bloemen komen niet vanuit één centraal punt. Klein hoefblad vormt lange wortelstokken waaruit op enige afstand van elkaar de bloemstengels ontspringen. De plant is een pionierplant en een echte liefhebber van kale, braakliggende grond die zelfs zwak brak (zouthoudend) mag zijn.

Klein hoefblad is een composiet en heeft een hart van mannelijke buisbloemen en daaromheen een ring van honderden vrouwelijke lintbloemen. Normaal verwacht je bij puur mannelijke bloemen geen stijl met een stempel, maar meeldraden met helmknoppen die stuifmeel produceren. Bij puur vrouwelijke bloemen is sprake van de aanwezigheid van één of meer stijlen en stempels om het stuifmeel op te vangen. Bij Klein hoefblad is dat iets anders. De vrouwelijke lintbloemen bevatten inderdaad alleen een stijl met stempels. Bij de mannelijke buisbloemen zie je behalve de meeldraden ook iets aanwezig dat op een stempel lijkt. Deze “schijnstempel” is niet verbonden met een vruchtbeginsel waaruit zaden kunnen ontstaan. Het fungeert meer als veegmechanisme dat stuifmeel verzamelt voor insecten die de bloemen bezoeken.

Klein hoefblad is een composiet. Op deze foto de mannelijke buisbloemen in het hart van de bloem en daaromheen zijn de stempels zichtbaar van de vrouwelijke lintbloemen

Omdat Klein hoefblad al heel vroeg in het jaar bloeit zijn er nog weinig insecten. De plant moet het daarom vooral hebben van kruisbestuiving binnen de bloem door de wind. Dat kan op twee manieren: of de wind neemt het stuifmeel mee en deponeert het op de stempels van de vrouwelijke lintbloemen; of de zeer flexibele stengels staan zo in de wind heen en weer te schudden, waardoor het stuifmeel uit de mannelijke bloemen in het hart van de bloem, op de stempels van de vrouwelijke lintbloemen wordt geschud. Deze techniek is zeer succesvol.

De plant vormt bijzonder veel zaadjes. Net als bij bv. de Paardenbloem en Biggenkruid zijn de zaadjes (nootjes) omgeven door pappus (haren) en ontstaan de bekende pluizenbollen.

Net zoals bij andere composieten zoals Paardenbloem en Biggenkruid, worden de zaden, zwevend onder de pappus pluisjes, door de wind verspreid

Er is overigens in de bloeiwijze van Klein hoefblad nog een merkwaardig verschijnsel: als de plant bloeit staan de bloemstengels fier overeind. Als de plant uitgebloeid is knikken de hoofdjes en hangen triest naar beneden. Maar als de zaden rijp zijn en de pappus de bekende pluizenbol vormt, richten de hoofdjes zich weer op en staan de bloemhoofdjes fier in de wind overeind wachtend op het moment dat de wind de zaadjes meeneemt.

 

Op de pagina’s Stadsplanten van Amersfoort proberen wij vooral aandacht te geven aan planten die algemeen voorkomen in een bepaalde tijd van het jaar. Dat geeft de grootste kans dat de beschreven plant eenvoudig op dat moment gevonden kan worden in de eigen omgeving. Daarnaast melden wij uiteraard ook vondsten van bijzondere, zeldzame planten.

Joop de Wilde