De A van Aquilegia – Akelei

De titel zou het begin kunnen zijn van een mooie rijm, maar het is een opmaat naar een onbeschaamde oproep en de bespreking van de Wilde akelei, Aquilegia vulgaris.

We kennen allemaal hopelijk de wat obscene bloemen van de akelei wel. Het zijn violet-blauwe, opvallende geknikte bloemen met zijn gekromde sporen. De plant is op een paar plaatsen in Oost-Gelderland en Zuid-Limburg gewoon wild in Nederland, in België alleen in Wallonië, maar dankzij zijn sierwaarde en aanplant in tuinen komt ze in beide landen er meer als verwilderde plant voor. Ook in steden. Je vindt dan vaak planten met afwijkende kleuren zoals wit en roze maar zelfs ook met dubbele bloemen of exemplaren zonder sporen. Aangezien de plant van vochtige omstandigheden en enige schaduw houdt en ook nog eens goed tussen en op de rotsen, in haar natuurlijke omgeving, kan groeien zijn veel stadse plaatsen goede vestigingsplaatsen. Denk aan steegjes, tijdelijke bouwplaatsen tussen de huizen, bosrandjes die overgaan in de stoep etc. Eenmaal gevestigd tolereren we zo’n mooie plant ook. Zo lopen bedoelde en onbedoelde introducties door elkaar heen.

De blaadjes zijn mooi afgerond, soms rood gerand, donkergroen en in de winter blijven ze mooi zichtbaar. Als je in standaard florataal wilt schrijven moet je vermelden dat de bladeren dubbel drietallig opgedeeld zijn. Die term zocht ik even na in een monumentaal werk in de Nederlandse taal over planten: De Flora van Nederland door H. Heukels in drie delen (1909-1911). Die opzoeking en ook de bespreking van Wilde akelei is eigenlijk niet toevallig. Het is waar we zijn aangeland in het alfabet, aan het eind van de A (van Aquilegia), in het reviseren van deze teksten voor op de infopagina’s van Waarneming.nl.

Die teksten uit Flora van Nederland zijn een jaar of 10 geleden, ze waren inmiddels rechtenvrij en op het net beschikbaar, in de Biodiversity Heritage Library, op waarneming.nl bij de planteninfo geplaatst. Inclusief de oude spelling en inclusief de verwijzing naar het deel en bladzijdenummer. In het geval van Wilde akelei: blz. 216, deel 2. Recent pasten we de spelling aan, maar nu worden de teksten zelf ook aangevuld. De kern, de beschrijvingen van de plant, zijn nog perfect bruikbaar, maar we willen nu, indien van toepassing, wat aanwijzingen geven over gelijkende soorten, de eventuele veranderde taxonomische opvatting, het meestal veranderde voorkomen en we willen verwijzen naar enkele standaardsites voor meer info.

In het geval van Wilde akelei was rond 1909-1911 bekend dat de plant in Nederland ‘niet inheemsch’ was en dat ze toen de status als verwilderde plant had. Inmiddels weten we dat het natuurlijke areaal zich in met name Duitsland uitstrekt tot aan Oost-Gelderland en Zuid-Limburg, dus kunnen we veilig veronderstellen dat de plant er, op de natuurlijkere groeiplaatsen daar, inderdaad inheems is. Dat er vele siervormen van Wilde akelei bestaan, de meeste vallen op door de afwijkende kleur, gevulde bloemen of ontbrekende sporen, moet natuurlijk ook vermeld worden. Als je zo’n plant aantreft ‘in de natuur’ is het ook direct duidelijk dat het om een verwilderde plant gaat.

De gelijkende soorten, of beter gelijkende taxa, je kunt immers ook naar ondersoorten of genussen willlen verwijzen, zijn planten met een soortgelijk dubbel drietallig opgedeeld blad. Je kan dan niet om Akeleiruit (Thalictrum aquilegiifolium) heen. Die naam is dan ook niet willekeurig gekozen! Akeleiruit wil ook nog wel eens verwilderen en zeker in onze druk bebouwde landen, moet je met alles rekening houden. In Flora van Stace (New Flora of the British Isles 2019) leren we dan dat de bladsteel van Ruit Thalictrum steunblaadjes heeft en Aquilegia niet. Ook zijn de blaadjes van Wilde akelei groter en heeft Akeleiruit meestal nog verder opgedeeld blad. De vraag of het blad aan de onderzijde van Akeleiruit kaal is (bij Wilde akelei zacht behaard), is nog niet beantwoord. Zo blijft er ook wat te onderzoeken.

Akeleiruit heeft veel op Wilde akelei gelijkend blad. Als ze bloeit is het onderscheid gemakkelijk

Ook vermelden we websites die veel gebruikt worden bij de revisie en dus zeker een verwijzing verdienen. Zo is er Ecopedia.be. Sinds enige tijd staan daar de teksten uit de Atlas van de Flora van Vlaanderen op en extra aanwijzingen voor het beheer. Natuurlijk verwijzen we naar de soortpagina op Verspreidingsatlas.nl. Daar is de huidige en voormalige verspreiding op te zoeken, is er vaak een goede beschrijving en zijn er vaak literatuurverwijzingen. Maar ook Alienplants.be , de Belgische site met alle ‘aliens’ en Plantsoftheworldonline.org worden bijna standaard vermeld. Op de laatste kun je heel gemakkelijk synoniemen vinden én de wereldverspreiding bekijken. Daaruit blijkt vaak dat onze onschuldige inheemse soorten elders invasieve planten blijken te zijn. Wilde akelei heeft die reputatie in minder mate ook in Noord-Amerika en Nieuw Zeeland.

Dan nu de oproep. Iedereen die denkt: “het lijkt me interessant om aan 1 van de duizenden nog verder in het alfabet te reviseren of te beschrijven soorten bij te dragen”, mag contact met me opnemen. Je kunt hier de gereviseerde tekst van Wilde akelei nalezen.