Stadshaver

Gekweekte haver met dikke, blauwgroene, hangende aartjes. Kafnaalden zijn kort of afwezig.

Gekweekte haver Avena sativa is een voedselgewas, de soort wordt voornamelijk op zandgrond geteeld. Het is een goed herkbaar gras met forse, blauwgroene, hangende aartjes. Gekweekte haver wordt al zeer lang geteeld, al vanaf 7000 v. Chr. Gekweekte haver is geen wilde soort, hij is door veredeling: selectie op bepaalde kenmerken, ontstaan uit Wilde haver Avena sterilis. Wilde haver is weliswaar eetbaar, maar heeft een aantal vervelende kenmerken die de soort weinig geschikt maakt om te telen. Zo vallen de vruchten individueel af, en dat is bij het oogsten niet handig, je bent dan namelijk al een deel van de oogst kwijt. Ook heeft Wilde haver lange kafnaalden, deze bemoeilijken het schonen van de vruchten. Ten slotte heeft Wilde haver ook een stuk kleinere vruchten, waardoor de planten minder voedsel opleveren.

Oot heeft lange kafnaalden en slanke, geelgroene aartjes.

Wilde haver wordt sporadisch waargenomen in Nederland, de soort is een akkeronkruid. Hij wordt waarschijnlijk incidenteel ingezaaid omdat het zaaigoed niet goed geschoond is. Hetzelde geldt voor Oot Avena fatua, een derde soort haver. Dit is een archeofyt, hij komt al voor 1500 voor in Nederland. In tegenstelling tot Wilde haver is deze soort vrij algemeen en wordt door telers als een vervelend onkruid beschouwd omdat deze kan kruisen met Gekweekte haver (Avena x hybrida).

Als je de kelkkafjes open vouwt, wordt het behaarde lemma van Oot zichtbaar.

Maar goed, voldoende achtergrond nu. Dit is immers een blog over stadsplanten. En nu wordt het pas écht interessant, want er worden in Nederland maar liefst zes soorten Avena waargenomen. Deze worden als akkeronkruiden waargenomen, maar tevens in stedelijk gebied. Zo zijn er ook nog Evene Avena strigosa en twee soorten zonder Nederlandse naam, Avena barbata (“Behaarde haver”) en Avena nuda (“Naakte haver”). Deze laatste soort is nog niet aangetoond.

Het lemma van Oot heeft een zeer ondiep ingesneden top (minder dan 0,5 mm).

Het op naam brengen van deze soorten is niet erg lastig, maar op basis van overzichtsfoto’s is het vaak niet goed mogelijk. Als je een aartje plukt en de kelkkafjes, de buitenste structuren, openvouwt, krijg je de lemma’s te zien. Bij de lemma’s is het zaak om de aan/afwezigheid van beharing en nervatuur te bekijken en de lengte van de ingesneden lemmatop op te meten. Het is even priegelen, maar dat is wel de enige manier om de bijzondere soorten te vinden die onopgemerkt onder ons zijn. Onderstaande tabel geeft een overzicht van alle determinatiekenmerken. Zoek je mee? Wie weet ben jij wel de eerste persoon die Naakte haver weet te ontdekken.