De meest stadse zegge

Ruige zegge (Carex hirta) | foto: Hanneke Waller

Deze keer richt ik mijn stadse schijnwerper op groene sprieten: geen gras-, maar zeggesprieten. Er groeien in Nederland tientallen zeggesoorten, maar de meeste kom je niet in de bebouwde omgeving tegen. Dat komt omdat veel zegges houden van moerassige, voedselarme standplaatsen; een biotoop die in de stad niet rijk vertegenwoordigd is.

Een paar zegges kom ik wel regelmatig in de stad (Rotterdam) tegen. Het trio Oever-, Moeras-, en Scherpe zegge voelt zich thuis in de oevers van onze singels en vijvers, met hun voeten in het voedselrijke water. Ze hebben zich daar vaak spontaan gevestigd, maar zijn ook wel aangeplant bij het inrichten van natuurvriendelijke oevers. Ook de Hoge cyperzegge duikt soms in waterkanten op, Andere zegges die ik in het stedelijk gebied van Rotterdam wel eens tegenkom zijn Valse voszegge in polletjes op de oever, IJle zegge, bv. op rottende paaltjes van een oeverbeschoeiing, Hangende zegge die verwilderd is. En op de minder stedelijke, zompige, plekken langs plassen en de Rotte staat hier en daar Tweerijige zegge en Pluimzegge.

Ruige zegge (Carex hirta) – Links beharing op blad en bladschede, rechts het bovenste stuk van een bloeiwijze met bovenin twee mannelijke aren en daaronder een vrouwelijke aar met behaarde urntjes. | foto’s: Peter Meininger & Willemien Troelstra

Maar de soort die je in de stad het meeste tegenkomt is Ruige zegge. De naam geeft aan waardoor hij opvalt: beharing. Ruige zegge heeft behaarde urntjes (vruchtjes) en ook de bladeren en bladscheden zijn vrijwel altijd behaard. Vaak is dat al met het blote oog te zien. De enige andere zegge met behaarde schedes is Bleke zegge en die groeit in pollen en niet in een stedelijk milieu. Ruige zegge varieert sterk in grootte. Soms vind je bloeistengels van nog geen 10 cm, verstopt tussen de bladeren, elders schieten de stengels door tot boven de 50 cm en steken ze elegant boven de begroeiing uit.

Ruige zegge in verschillende situaties: links op een plek waar (nog) niet gemaaid of getreden wordt. Rechtsboven op een plek waar af en toe auto’s overheen rijden. Rechtsonder tussen Geknikte vossenstaart en andere grassen in een strook die af en toe gemaaid wordt. Ruige zegge blijft dan klein. | foto’s: Willemien Troelstra

Dat Ruige zegge het goed doet in de stad is logisch, het is namelijk de enige zegge die goed gedijt in storingsmilieus, oftewel plekken waar de situatie steeds verandert. Ze kan droog tot nat staan, is niet erg kritisch op de bodemsamenstelling. Dankzij de stevige wortelstokken kan ze ook tegen betreding en erosie. Ruige zegge is zelfs in staat om zich door asfalt heen te werken. In de stad kom ik hem dan ook op allerlei plekken tegen: tussen de tegels, in een berm, in de goot, in vochtige grasmatten, op zandige plekken waar af en toe een voertuig rijdt. Kortom, vind je in de stad een zegge die niet in de oever staat, dan is het waarschijnlijk Ruige zegge. Vind je beharing, al dan niet met loep, dan weet je het zeker.